Je winkelwagen is momenteel leeg!
Hoe leeft een pionier in bewustzijn? Toen ik nog niet van dat beroep had gehoord, ging ik wis- en natuurkunde studeren. Ik wilde weten hoe de kosmos in elkaar zit. Maar ik ontdekte al snel dat ik het geheim van de kosmos niet langs natuurkundige weg te weten zou kunnen komen. Via het werk van dieptepsychologe Marie-Louise von Franz begreep ik dat je psyche en materie niet kunt scheiden. Zij vormen een huwelijksband die meer of minder hecht kan zijn. Daarmee begon mijn reis naar de ene wereld waarin psyche en materie niet zoals in de natuurkunde kunstmatig van elkaar gescheiden zijn.
Hoe kon ik tegelijkertijd wis- en natuurkundige zijn en in de wereld van synchroniciteit vertoeven waarin iedere uiterlijke gebeurtenis een zinvolle boodschap van de oergrond aan mijn innerlijke wereld kon zijn? Na zeventien jaar zoeken vond ik het antwoord in de schriftelijke nalatenschap van theoretisch fysicus Wolfgang Pauli. Die was in dialoog gegaan met een Chinese dame die zich in zijn dromen had gepresenteerd. Van haar leerde hij dat de wereld muziek was en dat natuurkunde een schamele poging was om de wereld te leren begrijpen zonder muziek.
Om Pauli op weg te helpen bij zijn zoektocht naar de verbinding tussen psyche en materie schonk de Chinese dame hem een ring die hij merkwaardig genoeg weigerde te accepteren. De ring had betrekking op het heilige huwelijk der tegendelen en op het rijk van het midden waar je alleen met z’n tweeën kunt komen. Pauli had Von Franz nodig om verder te komen. Maar hij wilde juist niet verder komen omdat zijn naam als theoretisch fysicus en Nobelprijswinnaar voor de natuurkunde daarbij schade zou kunnen ondervinden.
Toen ik in september 1989 de ring van Pauli vond, had ik enige jaren het idee dat ik het raadsel van psyche en materie tot een oplossing kon brengen. Ik ontmoette een Zwitserse dieptepsychologe die mij ging helpen. Zij heette Eva en had verschillende dromen over een lijk dat de tand des tijds had doorstaan en van belang was bij ons gezamenlijk project. Dat lijk, een soort mummie, stond voor de geest in de materie. Die geest hadden de natuurkundigen met hun experimenteel onderzoek van de materie doodgeslagen. Het lijk stond ook voor Osiris, de onderaardse god die als mummie in de onderwereld op zijn wederopstanding wacht.
Osiris als korenmummie. De ontkieming van de zaden duidt zijn wederopstanding aan.
Helaas was het ons niet gegeven om Osiris tot leven te wekken. Eva slaagde erin in samenwerking met het Jung-Instituut in Küsnacht en de ETH in Zürich een internationale conferentie te organiseren in hotel Monte Verità bij Ascona. Die conferentie vond in juni 1993 plaats. Maar dat was ook meteen het einde van ons gezamenlijk project. De conferentie was een succes, maar we waren onze tijd ver vooruit. De universiteiten wilden niet accepteren dat de dimensie voorbij de kwantumfysica die we ontdekt hadden bespreekbaar zou worden.
Drie jaar eerder had Eva gedroomd dat het ook om persoonlijke redenen niet zo eenvoudig was om tot de kern door te dringen. In de droom kwamen ineens mijn ouders binnengestormd en was de onderaardse ruimte waar we ons hadden gebogen over het geheim in de materie verdwenen. Mijn moeder kwam op Eva als dor en conventioneel over. De hand van mijn moeder voelde koud aan.
Deze droom heeft mij lang beziggehouden. Ik had graag het slot willen ontkennen. Maar dromen spreken de waarheid. Ik bracht mijn ouders mee in onze relatie, terwijl Eva haar ouders meenam. Aan mijn kant zat een verstoring. Dat heb ik later ook wel gemerkt. Om Eva te kunnen helpen moest ik nog werken aan een trauma dat met mijn familie verbonden was. Maar daar kwam ik pas aan toe, toen de samenwerking met Eva al weer voorbij was en de universiteiten niets bleken te willen weten van de geest in de materie. Eva ging zich bezighouden met het wereldbeeld van de Dogon uit Mali, terwijl ik aan een loopbaan als freelance journalist begon.
Uiteindelijk moest ik nog tot maart 2011 wachten voordat ik een praktische oplossing vond voor de koude hand van mijn moeder. Het huwelijk van mijn ouders was op een mislukking uitgelopen en daarom waren mijn broer en ik onder vreemde omstandigheden opgegroeid. Gelukkig leerde ik een vrouw kennen die gespecialiseerd is in karmische opschoning van familielijnen. Zij bracht mij in contact met mijn moeder die enkele jaren eerder was overleden. Zij vroeg mij vergeving voor de last die zij ongewild op mijn schouders had gelegd. Ik vergaf haar. Het was 11 maart 2011, de dag van de tsunami in Japan. Ik liep opgelucht langs de grachten van Amsterdam en besefte niet dat dit nog maar de eerste stap was. Negen dagen later kwam Maria Magdalena in mijn leven tijdens een workshop met het medium Judith Moore.
Met Maria Magdalena was er opnieuw een vrouw in mijn leven zoals Marie-Louise von Franz, een vrouw die mij daadwerkelijk kon helpen. Ik voelde haar energie dagelijks en kwam er snel achter dat zij een poging ging ondernemen om mijn gezin vooruit te helpen. Ook had zij een idee hoe ze mij op de weg naar heelheid kon zetten. Daartoe moest ik overstappen op een andere taal, niet de taal van de wetenschap, maar een vrouwelijke taal die rechtstreeks tot het hart sprak. Die overgang is een hele worsteling geweest. Maar ik zocht hulp bij een cranio-sacraal therapeute en tot mijn verbazing kon ze mij ook helpen opnieuw het geheim van psyche en materie te onderzoeken.
Toen ik met Eva meewerkte aan de serie documentaires Passions of the Soul van filmregisseur Philip Engelen, wisten we niet beter dan dat de alchemie en daarmee het oude Egypte in het onbewuste springlevend was en de kloof in ons wereldbeeld zou kunnen overbruggen. Alleen in de vierde documentaire over Jungs boek Antwoord op Job speelde het christendom en ook de antieke gnosis een belangrijke rol. Met Maria Magdalena in de buurt kon de erfenis van Israël natuurlijk niet genegeerd worden. Mijn therapeute had mij bekend gemaakt met het werk van Ton van der Kroon en daardoor werd in samenhang met de transmissies van Judith een nieuwe dimensie zichtbaar aan de problematiek van psyche en materie.
Ooit stond koning Salomo met zijn tempel in Jeruzalem voor het rijk van de geest. De koningin van Sheba vertegenwoordigde de wereld van de aarde, van de materie. Toen ze elkaar rond 1000 v.Chr. ontmoetten kwam hun liefde onverwacht, maar droeg vrucht. In Ethiopië werd Menelik, de ‘zoon van de wijze man,’ geboren. Dat was in een plaats die nu Lalibela heet. Volgens de Kebra Nagast (‘Glorie der koningen’) heeft Menelik 22 jaar later zijn vader in Jeruzalem opgezocht en bij zijn vertrek de Ark van het Verbond naar Ethiopië meegenomen. Daarmee begon de verwijdering tussen geest en materie. De Tempel van Salomo stond nog steeds te pronken in Jeruzalem, maar het was een lege huls. Het heilige der heiligen was verdwenen. Daarna kwam er een periode in de wereldgeschiedenis waarin machthebbers de wereld van de materie en de wereld van het vrouwelijke minachtten. Alleen in de alchemie leefde de verbinding tussen psyche en materie door in symbolen die herinnerden aan de oud-Egyptische mummificatierituelen.
Dit is de reden dat Eva vaak over de oud-Egyptische koningsgraven droomde. Daar was een geheim mee verbonden. Inmiddels begin ik te vermoeden welk. Op de website van Ton van der Kroon heb ik gelezen dat de faraozonen van het oude Egypte vóór en rond de tijd van Echnaton vaak met Ethiopische vrouwen trouwden. Nefertiti, de gemalin van Echnaton, kwam uit een koningshuis in een zuidelijker cultuur dan Egypte! Het zou om Nubië of Ethiopië kunnen gaan. Nefertiti droeg graag een Nubische pruik. Volgens de channelings van Ton betekende haar naam in haar eigen cultuur ‘zwart gezicht.’
De zwarte madonna van Einsiedeln in Zwitserland.
Blijkbaar kon de koningin-farao zwart zijn. Dat was de rol die Maria Magdalena had ten opzichte van Jezus. Als hij Osiris was die door dood en opstanding heenging, dan was zij Isis die in de alchemie als ‘de zwarte Isis’ bekend staat. De zwarte madonna bestond al tijdens de 18e dynastie van het oude Egypte, vijfhonderd jaar vóór het bezoek van de koningin van Sheba aan koning Salomo. Maria Magdalena wordt bij Judith een afstammeling van Makeda, de koningin van Sheba, genoemd, maar ook een koningin-farao uit Egypte. Dit wordt mij ineens duidelijk. Het woord Magda zou best eens op Makeda betrekking kunnen hebben.
Als je de reis naar de oorsprong maakt, daal je af in jezelf. Maar tegelijkertijd ga je stroomopwaarts langs de Nijl. Je kunt de Nijl verlaten en koers zetten naar Mali. Maar kies je voor de Blauwe Nijl, dan kom je bij het Tanameer uit waar volgens Judith het alchemistische goud van koning Salomo ligt. Verderop naar het oosten toe ligt Lalibela waar de restanten van de Ark verborgen liggen. De fysieke Ark staat nu onder de hoede van de Ethiopisch-orthodoxe kerk. En als die Ark ooit voor het Joodse volk belangrijk was, waarom dan niet nu voor ons allemaal?
Het enige wat nog ontbreekt aan het verhaal is de ring. Pauli droomde al die tijd van ‘rotatie.’ Hij hield zich ook bezig met het archetypische motief van de slang die zich in de eigen staart bijt. Uiteindelijk werd die staartbijter een ring die hem door een Chinese dame werd aangeboden. Die ring ging verloren toen hij aan kanker stierf zonder zijn ervaringen rond de problematiek van psyche en materie naar buiten te hebben gebracht. Toen ik de ring in het wetenschapshistorisch archief van de ETH in Zürich vond, was ik er meteen door gefascineerd. Dat werd natuurlijk een stuk sterker, toen ik Eva ontmoette en wij ons gingen bezighouden met de verbinding tussen natuurkunde en dieptepsychologie. Enkele jaren later droomde ik dat de ring in handen was gevallen van een professor in de chemie. Die had die ring aan een assistent gegeven ter nadere bestudering. Ik was het kleinood jarenlang kwijt. Inmiddels leeft de ring weer volop voor mij en vraag ik mij af wat de relatie ervan tot Salomo en Sheba is.
Alchemistische verbeelding van de ring van Salomo.
Uit: A.J. Kirchweger, Annulus Platonis (Aurea Catena Homeris), 1781.
Hierop geeft de website van Ton van der Kroon het antwoord. Toen hij in januari 2008 met een reisgezelschap door Ethiopië reisde, gaf de engel Metatron aan hem door dat het mogelijk was om historische gebeurtenissen te veranderen: ‘Jullie hebben nu de gelegenheid om door tijd en ruimte te reizen en te herstellen wat gebroken is. De ring van liefde werd een ring van vernietiging en dualiteit en is eonen lang werkzaam geweest. Het is tijd dat de ring wordt hersteld en teruggebracht in het licht. Door middel van de twee driehoeken, de vrouwelijke en de mannelijke, die samenkomen en één cirkel vormen zijn jullie in staat om de geschiedenis in te duiken en dingen recht te zetten.’
De zespuntige ster die ontstaat bij de wederzijdse doordringing van twee driehoeken wordt schild van David of Davidster genoemd. Volgens Judith Moore gaat het erom dat aan de Davidster het punt in het midden wordt teruggegeven. Dit punt correspondeert met de zevende pilaar van de Tempel van Salomo. In een van haar visioenen dalen Salomo en Sheba af van de troon en gaan ze bij deze pilaar staan die de vereniging van het mannelijke en het vrouwelijke in ons hart symboliseert. Drieduizend jaar terug konden Salomo en Sheba in het collectief onbewuste alleen het zaad leggen voor deze vereniging. Hun wegen gingen uiteen en de ring die Salomo ooit aan Sheba had gegeven voor het kind van hun vereniging raakte vervloekt. Maar de hoop bleef dat ooit het vrouwelijke principe en daarmee het heilige huwelijk van psyche en materie weer zouden terugkeren in ons bewustzijn.
Herbert van Erkelens © 2014
PS. Dit artikel schreef ik onverwacht ter voorbereiding van mijn lezing van 7 september a.s. in Vijfhuizen en mijn lessen alchemie aan het Jungiaans Instituut in Nijmegen. Zie: herbertvanerkelens.nl/lezingen-2/